Eén Onderwerp

Klimaatnood – en hoe dat uit te leggen.

“Klimaat” is een verschijnsel dat zich buiten onze waarnemingshorizon afspeelt. Je kan het klimaat in een bepaald gebied op aarde herkennen in het landschap. Bijvoorbeeld aan gedrongen schrale bomen die allemaal in één richting buigen. Of aan duinen tot aan de horizon. Een dennenwoud of een eikenbos. Bevroren en besneeuwde landschappen in de zomer. Open water het hele jaar door of permanent zeeijs. Het zijn de effecten van weersverschijnselen over langere tijd, per definitie: een periode van 30 jaar.

Factoren die deze lange-termijn effecten veroorzaken zijn onder andere: de afstand tot de evenaar (breedtegraad) en de helling van de aardas ten opzichte van het vlak van de baan om de zon; de hoogte ten opzichte van zeeniveau; de afstand tot grote volumes met water en de temperatuur van dat water. Er zijn nog meer factoren, maar één springt er in het bijzonder uit sinds het begin van de industriële revolutie: de omvang en het gedrag van de mensenpopulatie.

De stand van de aardas, de hoogte van een locatie en de afstand tot water zijn factoren waar mensen (nog) heel weinig invloed op hebben.

Onze populatieomvang en ons gedrag is wél direct onze eigen domein en verantwoordelijkheid. Het effect van onze aanwezigheid op aarde is in de afgelopen 200+ jaren geëvolueerd van ruis op de lijn tot oorverdovend voorgrond lawaai.

Het grote verschil met de factoren die nu tot achtergrondruis zijn gereduceerd is dat wij zelf met de hand aan de uitknop zitten.

De uitdaging

Wat is het precies dat het effect van onze aanwezigheid zo verstorend maakt?

We hebben de afgelopen twee eeuwen heel veel energie en materialen uit de opslag gehaald en deze in omloop in de biosfeer gebracht. De overdaad aan materialen ervaren we als vervuiling van de biosfeer en uitputting van de bronnen ondergronds.

Energie is een verhaal apart. De overdaad aan energie in de biosfeer kunnen we onvoldoende kwijt en hoopt zich op in de atmosfeer en de thermische massa van de zee en het landoppervlak. Dat maakt het weer chaotisch en ondraaglijk voor de meeste organismen op aarde. Ons eigen belang daarbij is dat het ons eigen individuele voortbestaan, hier en nu bedreigt met onmiddelijk uitsterven. Niet alleen mussen vallen van het dak. Dat overkomt ook steeds meer mensen. Mensen sterven nu aan uitzonderlijke kou, droogte, stortvloed, orkaan, oververhitting etc. Niet zo maar een paar, hier en daar, maar duizenden slachtoffers per jaar. Miljoenen mensen zijn op de vlucht voor het slechte weer, dat alleen maar slechter aan het worden is.

De visualisatie, hierboven, van jaarlijkse gemiddelde temperatuursafwijkingen per land, laat duidelijk en ondubbelzinning zien wat de trend is: het is over de hele linie de afgelopen 30 jaar onherroepelijk heter geworden. Daarbij komt dat binnen elk jaar de verschillen tussen warmer en kouder alleen maar groter zijn geworden en dus het dagelijkse weer chaotischer en extremer.

Ons uitsterven is niet langer een ver van mijn bed show. “Het zal mijn tijd wel duren” is niet langer een realistische verwachting, tenzij u de gemiddelde levensverwachting van rond de 80 jaar al ruim gepasseerd bent.

Er is daarom nog slechts één punt op de agenda voor elke activiteit: hoe draagt dit bij aan de reductie van energieverbruik?

God heeft bij monde van paus Franciscus laten weten dat Zij -met terugwerkende kracht tot het begin van de industriële revolutie rond 1850, de noodtoestand heeft uitgeroepen over haar schepping.

Wat te doen?

Vooral: minder doen en meer genieten van het leven zoals het is.

Energie is beweging, actie. We hebben teveel energie in omloop gebracht. Stoppen met energie in omloop brengen is voor de hand liggend en kost de minste moeite, technisch gezien. Het is wel een enorme psychologische en sociale uitdaging voor de meeste mensen. Er is een machtige marketing machinerie van bedrijven en overheden die ons ervan bij voortduring indoctrineert dat meer doen, groei goed is voor ons. Daar is niet zo maar één twee drie aan te ontsnappen, psychologisch en sociaal-economisch gezien.

Het verruilen van de ene vorm van energie door een andere vorm van energie, klinkt niet alleen onlogisch maar is ook minder productief dan we ons laten wijsmaken… door de energie-industrie. Minder is beter. Anders is alleen meer van het zelfde.

Naast minder energie verbruiken hebben we ook nog een heleboel energie die te veel in omloop is weer op te bergen. Er staan daartoe twee mogelijkheden ter beschikking: opbergen in de aardkorst – waar het vandaan kwam; en laten ontsnappen in de ruimte.

Opbergen in de bodem

Veel energie die we hebben vrijgemaakt is in de vorm van chemische energie, biomassa, koolzuurgas en methaan. Die chemische stoffen kunnen worden gebonden aan andere stoffen om relatief niet-reactieve mineralen te vormen als kalksteen.

Even voor de duidelijkheid: geld speelt geen rol in onze relatie met de natuur, alleen tussen mensen onderling. De vraag: “Maar wat gaat dat ons kosten?” vindt haar antwoord niet is geld, maar in ons leven.

Afgeven aan de ruimte

De uitdaging in het afgeven van energie aan de ruimte is de isolerende werking van de atmosfeer. De gassen in de atmosfeer voorkomen dat de meeste golflengtes van energie worden vastgehouden. Er zijn een paar kleine vensters in het filterspectrum die energie direct in de ruimte uitstralen. Een van die piepkleine vensters is een specifiek stukje infrarood, rond de 28°C. Het is mogelijk – in experimenten aangetoond en historisch toegepast in koelpraktijken in woestijngebieden – om materialen toe te passen, bijvoorbeeld in woningen en andere gebouwen die overtollige energie omvormen tot die waarde van 28°C, welke dan direct naar de ruimte ontsnapt. Koeling overdag en ‘s nachts tussen 5 en 10°C boven de omgevingstemperatuur zijn waargenomen.

Dit zou met name effectief kunnen zijn in stedelijke omgevingen en verkeerswegen.

Microklimaten

In de natuur kennen we het verschijnsel van microklimaten. Klimaat dat afwijkt van het klimaat in de natuurlijke achtergrond voor die locatie. Planten en dieren kunnen door hun aanwezigheid en activiteit locaal het klimaat aanpassen. Bomen geven daarbij de ruimte aan andere organisen onder hun kruin om mee te genieten van een koeler, vochtiger en kalmer klimaat. Het niet kappen van bomen en het aanplanten van bomen op kale plekken is het meest effectieve wat we op dat gebied kunnen doen.

Ook hier geldt dat met name maatregelen in urbane omgevingen zoden aan de dijk zetten. Dus bomen planten op sportvelden (wedstrijdsport is zoiezo ongezond voor lichaam en geest), pleinen en braakliggende terreinen. Wegen en daken zo inrichten dat warmte rechtsreeks aan de ruimte wordt afgegeven.

In landelijke omgevingen moeten agrarische velden en graslanden beplant worden met fruit- en notenbomen. In de struik en kruidlaag kunnen andere producten gekweekt worden of kan vee grazen.

Urgent

Wacht niet to morgen. Sluit je laptop of mobieltje nu en ga een boom planten, niet voor de planeet maar gewoon voor je eigen overleven.

P.